Particulieren die diensten aanbieden buiten het uitoefenen van een beroepswerkzaamheid, verricht ten behoeve van een andere particulier en dit via een door de overheid erkend of georganiseerd elektronisch platform, kunnen vallen onder het stelsel van de deeleconomie. Indien de particulier op jaarbasis hierbij minder dan 5.000 euro bruto verdient, zal deze op zijn opbrengst slechts 10 procent aan belastingen moeten betalen.
De erkende platformen zullen voortaan een bedrijfsvoorheffing van 10 procent moeten inhouden aan de basis en dit rechtstreeks moeten doorstorten aan de fiscus. De particulier heeft hierdoor meteen zicht op zijn netto-inkomsten, maar hij zal wel zelf verantwoordelijk zijn voor de correcte aangifte van de inkomsten op zijn belastingaangifte onder de nieuwe rubriek “diverse inkomsten uit de deeleconomie”.
De nieuwe deeleconomie-regeling geldt enkel voor de levering van diensten en niet voor de levering van roerende of onroerende goederen. Het bereiden van maaltijden die afgehaald worden of die aan huis worden geleverd, zoals bij Deliveroo, MenuNextDoor of Flavr, valt onder de noemer “levering van diensten” en zal onder het nieuwe fiscale regime vallen.
Airbnb en andere online platformen die de occassionele verhuur van kamers of woningen regelen, vallen daarentegen niet onder de gunstige deeleconomie-regeling. Het verhuren van een kamer is immers geen diverse inkomst maar een “onroerende inkomst”. De extra aangeboden diensten bij het verhuren van een kamer, zoals verse lakens, schoonmaak of ontbijt zullen wel belast worden aan het gunstige deeleconomietarief van 10 procent dat via de bedrijfsvoorheffing geïnd wordt door het platform. Als op de Airbnb-factuur geen onderscheid wordt gemaakt tussen de inkomsten uit verhuur en de inkomsten uit deeleconomie (diensten) dan zal de fiscus er gemakshalve van uitgaan dat die diensten 20 procent uitmaken van de totale vergoeding.
Autodeelplatformen zoals CarAmigo, waar particulieren hun auto tegen een vergoeding uitlenen aan wie eventjes een auto nodig heeft, kunnen evenmin gebruik maken van de nieuwe deeleconomie-regeling, aangezien het hier gaat om “roerende inkomsten”. Wordt daarentegen bij het verhuur van de eigen wagen ook chauffeurdiensten aangeboden zoals bij Uber, dan dient volgens de Minister van Financiën ervan uitgegaan te worden dat er één globale dienst wordt geleverd en valt de volledige vergoeding bijgevolg onder de gunstige deeleconomie-regeling.
Opgelet: Als de totale inkomsten uit deeleconomie aan het einde van 2017 het plafond van 5.000 euro overschrijden, dan vervalt het gunsttarief van 10 procent bedrijfsvoorheffing. Het totale bedrag zal dan aanzien worden als beroepsinkomen, waardoor sociale bijdragen verschuldigd zullen zijn en de belasting aan marginaal tarief zullen gelden, hetgeen kan oplopen tot 50 procent.
Voorzichtigheid is dan ook geboden indien men gebruik wil maken van dit nieuwe gunstregime!